ME/CVS: open brief naar The Lancet voor heranalyse PACE-onderzoek.

Op 19 juni ondertekenden meer dan 90 internationale ME/CVS onderzoekers en clinici een open brief naar The Lancet. Ze vragen het vakblad om een heranalyse van de data van het PACE-onderzoek, een slecht uitgevoerde studie met een grote invloed op het ten onrechte psychologiseren van ME/CVS. De PACE-studie wordt nog steeds gebruikt ter verantwoording voor behandelingen waarvan intussen is aangetoond dat ze niet werken of zelfs schadelijk kunnen zijn. Aangezien er een overlap is in de patiëntenpopulaties van POTS en ME/CVS is deze brief ook voor veel POTSies een belangrijke ontwikkeling in de strijd voor een goede behandeling.

ME/CVS

ME/CVS is een multisysteemziekte. ME staat voor ‘Myalgische Encefalomyelitis’, of een ontsteking van het centraal zenuwstelsel, en CVS is de afkorting van ‘Chronisch VermoeidheidsSyndroom’. Post-exertionele malaise staat centraal in de diagnose. Patiënten ervaren na fysieke of mentale inspanning een disproportionele uitputting die soms dagenlang kan aanhouden en gepaard gaat met een veelvoud aan lichamelijke symptomen met een zware invloed op het dagelijkse functioneren. De oorza(a)k(en) van ME/CVS zijn nog niet gekend.  Recent wetenschappelijk onderzoek wijst onder andere in de richting van fouten in de werking van het immuunsysteem met neurologische gevolgen.

Orthostatische intolerantie

Naast de post-exertionele malaise krijgen mensen met ME/CVS te maken met verstoringen in de werking van een verscheidenheid aan lichaamsfuncties. Dysautonomie, vooral onder de vorm van orthostatische intolerantie komt vaak voor*. Een wetenschappelijke verklaring voor het veelvuldig voorkomen van POTS bij ME/CVS is nog ongekend. Wellicht speelt auto-immuniteit, het mechanisme waarbij het immuunsysteem ten onrechte lichaamseigen cellen aanvalt, een rol.

Uitsluitingsdiagnose

ME/CVS is een uitsluitingsdiagnose. Pas wanneer het ziektebeeld niet kan verklaard worden door een andere gekende aandoening kan de diagnose ME/CVS worden gesteld. Het ziektebeeld zelf wordt bepaald door diagnostische criteria. Hoewel steeds meer geweten is over de fysiologische basis van ME/CVS zijn er helaas (nog) steeds geen bloed- of andere biochemische tests beschikbaar voor diagnose.

Historische achtergrond

Het gebrek aan objectieve tests en medische kennis over de lichamelijke mechanismen die ME/CVS veroorzaken, zorgde ervoor dat ME/CVS van oudsher onder het label ‘lichamelijk onverklaarde klachten’ (LOK, België) of ‘somatisch onverklaarde lichamelijke klachten’ (SOLK, Nederland) viel. Al snel werd ‘onverklaard’ vertaald als ‘onbestaand’, en werd ME/CVS beschouwd als een psychische aandoening en een vorm van deconditionering (verminderde conditie door steeds minder fysieke activiteit), waarin patiënten tegen beter weten in geloofden dat ze een fysische aandoening hadden. De behandeling bestond uit het verminderen of aanpassen van het ziekmakend gedrag door middel van Cognitieve GedragsTherapie (CGT) en fysieke training waarbij de intensiteit geleidelijk aan werd opgevoerd: Graduele OefenTherapie (GOT). Het onvermogen om te genezen werd afgedaan als een gebrek aan ziekte-inzicht, doorzettingsvermogen of de onwil om genoeg moeite te doen.

Wetenschap

Vanaf het begin van de 21ste eeuw verschenen echter steeds vaker wetenschappelijke studies waarbij fysiologische en/of biochemische afwijkingen werden gevonden bij mensen met ME/CVS. De studies verwierpen het idee dat de symptomen lichamelijk onverklaard waren en dat het om een psychische aandoening ging. Daarmee kwam ook de geprefereerde behandeling met CGT en GOT onder druk. Ondanks de steeds uitgebreidere wetenschappelijke bewijzen voor fysiologische oorzaken van ME/CVS, bleven beleidsmakers en sommige artsen echter hun keuze voor CGT en GOT, en de daarbij horende stigmatisering van patiënten verdedigen.

PACE-onderzoek

In 2011 publiceerde The Lancet, een van ’s werelds meest gerenommeerde medisch-wetenschappelijke tijdschriften, een grootschalige studie waarin werd aangetoond dat CGT en GOT veilige en effectieve behandelingen vormden voor ME/CVS. Het onderzoek werd bekend als het PACE-onderzoek. Het had grote consequenties voor de maatschappelijke, medische en wetenschappelijke benadering van ME/CVS. Beleidsmakers en sommige artsen zagen in de PACE-studie een onomstotelijk bewijs dat hun aanpak de juiste was. Zowel in België als in Nederland werden CGT en GOT officieel erkend als enige en geprefereerde behandeling.

Patiëntenprotest en wetenschappelijk onderzoek

Al snel na de publicatie van het PACE-onderzoek wezen patiëntenorganisaties echter op zware methodologische fouten in de studie. Bovendien kwamen er steeds meer getuigenissen van patiënten die absoluut geen baat hadden bij CGT en GOT, of door de gedwongen fysieke training en het ‘door de ziekte heen duwen’, hun gezondheid zelfs achteruit zagen gaan. Ook verschenen steeds vaker wetenschappelijke studies die op overtuigende wijze objectief aantoonbare fysiologische en biochemische verstoringen rapporteerden in onder meer het immuunsysteem van mensen met ME/CVS.

Eerste open brief en heranalyse

In 2016 werden, na een open brief (Nl. vertaling) van vijf toonaangevende wetenschappers, de data van het PACE-onderzoek opnieuw geanalyseerd. Het rapport was vernietigend. De PACE-data waren door de oorspronkelijke onderzoekers op een dergelijke manier gemanipuleerd dat de uitkomst veel positiever was dan in werkelijkheid het geval was. The Lancet trok het onderzoek echter niet terug. De studie bleef wereldwijd een enorme invloed hebben op het beleid en de behandeling van ME/CVS.

Stijgende druk

De druk om het beleid aan de realiteit aan te passen werd na de heranalyse van de PACE-data wel steeds groter. Eerder dit jaar erkende de Nederlandse Gezondheidsraad dat ME/CVS een ernstige chronische multisysteemziekte is, met sterk invaliderende impact op het dagelijkse leven. CGT en GOT worden niet langer aanbevolen als geprefereerde behandelingsopties. In België wordt echter nog steeds vastgehouden aan de verouderde behandelingsaanbevelingen.

Open brief

Op 19 juni ondertekenden een impressionante groep van meer dan 90 internationale ME/CVS-onderzoekers en clinici opnieuw de open brief naar The Lancet. Ze roepen de uitgever nogmaals op om een onafhankelijk panel aan internationale reviewers aan te stellen die de data van de PACE-studie objectief en statistisch correct heranalyseren. Op die manier hopen ze voor eens en voor altijd de discussie over het nut van CGT en GOT als behandeling voor ME/CVS recht te zetten. Hopelijk wordt het signaal van de grote groep wetenschappers deze keer niet genegeerd door de editors van het tijdschrift en worden beleidsmakers en behandelaars gedwongen om hun manier van werken aan te passen aan de realiteit.

 

* De cijfers lopen uiteen. De grote meerderheid van de ME/CVS-patiënten heeft minstens een vorm van dysautonomie, waarbij vaak orthostatische intolerantie. Naar schatting een kwart van de patiënten met ME/CVS voldoet aan de criteria voor POTS. Omgekeerd voldoen volgens POTS-expert Dr. Satish Raj iets minder dan de helft van de POTS-patiënten aan de criteria voor CVS (chronische vermoeidheid). Deze cijfers zijn echter gebaseerd op de Fukuda-criteria, waarbij vooral vermoeidheid, en niet PEM (Post Exertional Malaise, oftewel buitenproportionele uitputting na inspanning) een belangrijke rol speelt. Deze criteria worden als minder betrouwbaar beschouwd dan de gangbare Canadese criteria voor ME/CVS. Ze leveren veel vals-positieve diagnoses op. Het aantal POTS-patiënten met ME/CVS ligt dus wellicht lager. We hebben in elk geval nood aan meer wetenschappelijke studies over het verband tussen ME/CVS en POTS.  

 

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s